Blog

Eetstoornissen door het verlies van een tweelinghelft

Tijdens een familieopstelling heb ik ervaren, hoe het teveel willen geven aan anderen te maken heeft met het verlies van mijn ongeboren tweelinghelft (mijn tweelingzusje is toen ze met mij in de baarmoeder zat gestorven). Ik heb me al die tijd schuldig gevoeld over haar dood. Toen mijn schuldgevoel tijdens de opstelling een plek kreeg, kon ik het veel te veel geven aan anderen loslaten en ook gaan nemen.

(Een hoofdstuk uit mijn boek ‘Honger naar Vervulling’ is gewijd aan de relatie tussen een ongeboren tweelinghelft en een eetstoornis. Eén op de zes zwangerschappen is een tweeling, drieling of vierling zwangerschap. Vaak overlijdt de meerling al vroeg in de zwangerschap, en bij veel mensen komt dit thema pas naar voren tijdens bijvoorbeeld een craniosacraal sessie, een familieopstelling of door erover te lezen.

Tijdens het schrijven van mijn boek heb ik me ook gerealiseerd dat het verlies van mijn tweelingzusje heeft bijgedragen aan mijn anorexia en boulimia. Tijdens mijn anorexia at ik niet omdat ik me schuldig voelde over dat ik nog leefde terwijl mijn tweelingzusje gestorven was. Bij boulimia herhaalde ik mijn ervaring in de baarmoeder: ik at zoveel mogelijk omdat ik voelde dat ik anders niet zou overleven: ik voelde dat als wij beiden zouden blijven leven, wij het allebei niet zouden halen. Ik ben dankbaar voor mijn tweelingzusje dat zij mij de ruimte heeft gegeven om verder te leven.

Na de opstelling voelde ik zo’n bevrijding. Ik had het schuldgevoel een plek kunnen geven. Het feit dat ik nu ook kan nemen, is ook een opluchting voor de ander. Niemand wil dat je teveel geeft, omdat dit het evenwicht in het contact verstoort.

Ik merkte ook dat de haast in mijn werk verdwenen is. Ik kan nu ook rust nemen voor, tijdens en na mijn activiteiten.

Dit vind ik het mooie van familieopstellingen: dat iets in ons leven zo fundamenteel kan veranderen, omdat we de hoofdoorzaak aanpakken.

Op deze website vind je meer informatie over familieopstellingen.